Dit zijn vijf redenen waarom mensen met autisme vaker slechte slapers zijn

De relatie tussen autisme en slaap begrijpen

De oorzaken van slecht slapen door autisme

Er bestaat niet één duidelijke reden waarom mensen met autisme zo vaak met slaapproblemen te kampen hebben. Slaapproblemen bij autisme ontstaan door een combinatie van factoren. Als je zelf een autismespectrumstoornis* hebt, of kenmerken van autisme bij jezelf herkent, kan het helpend zijn om te begrijpen wat de reden van jouw slaapprobleem is.

*Met de invoering van de DSM-5 in mei 2013 werden alle pervasieve ontwikkelingsstoornissen (klassiek autisme, het syndroom van Asperger, atypisch autisme, het syndroom van Rett en desintegratiestoornis van de kinderleeftijd en PDD-NOS) samengevoegd tot één categorie: autismespectrumstoornis.

1. Sensorische overgevoeligheid

1. Sensorische gevoeligheden

Mensen met autisme hebben vaak te maken met sensorische overgevoeligheden, wat betekent dat ze meer prikkels ervaren van hun omgeving. Dit kan gaan om geluiden die voor anderen onopgemerkt blijven, zoals een zacht zoemend apparaat of het tikken van een klok, maar ook om licht of de textuur van beddengoed. Deze overgevoeligheid maakt het voor hen moeilijker om te ontspannen en in slaap te vallen, omdat ze alert blijven door hun omgeving.

2. Verlate melatonine-aanmaak

Melatonine is het hormoon dat het lichaam vertelt wanneer het tijd is om te gaan slapen. Bij mensen met autisme is de aanmaak en regulatie van melatonine vaak verlaat. Hierdoor kan het slaap-waakritme in de war raken. Vaak worden mensen met autisme pas later op de avond, of soms zelfs pas in de nacht, moe. Dit kan leiden tot problemen met in slaap vallen. Ook kan het zo zijn dat de melatonine pas later op de ochtend uitwerkt, waardoor mensen met autisme problemen hebben met op tijd wakker worden. Dit kan op zijn beurt weer problemen geven met verplichtingen zoals werk of school.

3. Angst en depressie

40% van de mensen met autisme kampt met bijkomende psychiatrische diagnoses (comorbiditeit) zoals angst- en/of dwangstoornissen en depressies. Deze bijkomende psychiatrische diagnoses, kunnen de slaapuitdagingen verder verergeren. Angst- en dwangstoornissen zorgen ervoor dat mensen vaak piekeren of vastzitten in repetitieve gedachten, wat het moeilijk maakt om tot rust te komen. Depressie kan leiden tot zowel slapeloosheid als overmatige slaperigheid, waarbij de slaapkwaliteit vaak laag blijft.

4. Moeite met veranderingen in routines

Routines zijn vaak heel belangrijk voor mensen met autisme. Ze geven een gevoel van veiligheid en voorspelbaarheid. Elke verstoring van deze routines, hoe klein ook, kan stress en onrust veroorzaken. Dit geldt ook voor slaaproutines. Veranderingen in het bedritueel, de slaapkamerindeling of onverwachte gebeurtenissen kunnen stress geven en de slaap verstoren.

5. Prikkelverwerking tijdens het slapen

Naast sensorische gevoeligheden spelen prikkels die gedurende de dag zijn opgedaan een grote rol bij slaapproblemen. Mensen met autisme zijn vaak nog bezig met het verwerken van deze prikkels, ook als ze al in bed liggen. De gebeurtenissen van de dag kunnen door hun hoofd blijven gaan, of dat nu positieve of negatieve ervaringen zijn. Dit kan het moeilijk maken tot rust te komen, waardoor in slaap vallen een moeizaam proces kan zijn.

Jouw ervaring met autisme en slapen

Heb jij of iemand in je omgeving ervaring met autisme en slaapproblemen? De uitdagingen die komen kijken bij autisme kunnen van persoon tot persoon verschillen. Misschien heb jij effectieve manieren gevonden om beter te slapen, zoals een vaste routine, het aanpassen van de slaapkamer, of het gebruik van hulpmiddelen. Of wellicht ben je nog op zoek naar tips en oplossingen om je slaapkwaliteit te verbeteren. Ik ben benieuwd naar jouw verhaal!

Deel je ervaringen hieronder of deel hem via info@dreamjournals.nl. Zo kunnen we elkaar helpen om beter inzicht te krijgen in de verschillende manieren waarop we slaap kunnen verbeteren bij autisme.